Link gekopieerd

B-sure

to read this

Maak een afspraak

B-sure het laatste nieuws

Beleggingsverzekering vs. Effectenrekening: 1-0?

Maakt het Zomerakkoord beleggingsverzekeringen interessanter?  (www.moneytalk.knack.be/)

 

Het is een hete zomer…. althans wat uw vermogen betreft. Het zomerakkoord doet de eeuwenoude discussie weer oplaaien: bent u nu beter af uw beleggingen aan te houden op een effectenrekening of te beleggen via een beleggingsverzekering?

De vraag is simpel, het antwoord niet.

Veel hangt af van uw risicoprofiel, transactiefrequentie en beleggingsvoorkeur (fondsen en/of individuele aandelen en/of obligaties). Sinds het zomerakkoord zal ook de grootte van uw beleggingsportefeuille hierbij een rol gaan spelen. Effectenrekeningen van meer dan 500.000 EUR (pp) zullen vanaf 01/01/2018 immers aan een jaarlijkse effectentaks van 0,15% onderworpen worden.

Wij geven u hier onze mening… gepeperd en ongezouten.

Uiteraard is een analyse op maat aangewezen vooraleer u beslist te ‘schuilen’ in een beleggingsverzekering.

Hoe holt de fiscus uw rendement uit op uw effectenrekening?

Effectenrekeningen van meer dan 500.000 EUR (pp) worden dus vanaf volgend jaar aan een jaarlijkse effectentaks van 0,15% onderworpen.

Fondsen die minder dan 25% beleggen in obligaties, zullen voortaan roerende voorheffing (30%) dienen te betalen op de meerwaarde op het obligatiegedeelte (de zogenaamde ‘Reynderstaks’). Momenteel is die taks enkel verschuldigd indien het fonds voor meer dan 25% in obligaties belegt.

Voor de zoveelste keer op rij wordt de beurstaks verhoogd. De beurstaks op aandelen stijgt van 0,27% naar 0,35% en is maar liefst verdubbeld sinds 2011! Het tarief voor obligaties stijgt van 0,09% naar 0,12%. De beurstaks bij verkoop van kapitalisatiefondsen blijft met 1,32% (max. 4.000 EUR) ongewijzigd (komende van 0,5% in 2011!) maar treft vooral beleggers in fondsen tot max. 303.000 EUR in één fonds. Bij de verkoop van een dergelijk fonds wordt zo naast de eventuele roerende voorheffing (30%) op het obligatiegedeelte ook een taks van maar liefst 4.000 EUR geheven per keer dat u verkoopt!

Beleggingsverzekering: hoe zit de (fiscale) vork nu in de steel?

In een beleggingsverzekering betaalt u bij de intekening een éénmalige premietaks van 2%.

Deze is bevrijdend, zodat u vanaf intekening in de meeste gevallen geen enkele belasting meer betaalt op dividenden, coupons en/of meerwaarden. Ook bent u niet onderworpen aan de beurstaks of de effectenrekening taks.

Wanneer bent u volgens ons nu beter af in een beleggingsverzekering?

  • Indien u een portefeuille heeft van minstens 500.000 EUR pp
  • Actief beheer geniet uw voorkeur (regelmatig switchen tussen producten, al dan niet door vermogensbeheerder)
  • Als defensieve belegger die vooral in obligatie(s)-fondsen belegt en de coupons besmet ziet met 30% RV
  • Wanneer u als aandelenbelegger uw uitgekeerde dividenden ziet smelten door de 30% RV die wordt afgehouden
  • Indien discretionair beheer uw voorkeur geniet

U wilt cijfertjes zien?

We berekenden voor een cliënt met een portefeuille van 1.000.000 EUR die zijn portefeuille voor 80% onderworpen ziet aan RV van 30% en verkiest actief te beleggen via gemengde fondsen. Hij verandert één keer per kwartaal voor een waarde van 100.000 EUR één fonds voor het andere, omwille van marktomstandigheden. Hij twijfelt om zijn fondsen aan te houden op een effectenrekening, dan wel onder te brengen in een beleggingsverzekering met een jaarlijkse poliskost van 0,5% en een éénmalige premietaks van 2%.

Onze conclusie?

Vanaf een looptijd van 5 jaar is onze cliënt bij alle rendementsprognoses beter af door te beleggen via een beleggingsverzekering. Indien hij zijn portefeuille voor 10 jaar op die manier aanhoudt zal hij met een rendement van 4% een eindkapitaal van netto 1.382.386,79 EUR hebben, terwijl hij slechts over 1.269.409,11 EUR zal beschikken op zijn effectenportefeuille. Dit is maar liefst een verschil van 112.976,89 EUR!